Ik herinner mij een gedicht dat begint zo:
Ėr leefde eens, ik weet niet meer welk jaar
en ook de stad of dorp niet, waar
een man, die onder vele plagen
een reuzekruis kreeg om te dragen
waar hij ook was't zei uit of thuis
Nooit mocht hij vrij zijn van dat krui.
En op het einde zoiets van:
maar zie, daar schijnt opeens eden licht.
Zou, riep hij, 't oog op het kruis gericht
enz. enz.
wie kent dit gedicht.