In mijn jeugd hadden wij thuis een 78 toerenplaat met daarop het liedje "een kettinghond".
het refrein ging als volgt:
't was maar een kettinghond Lag aan de keten kreeg nooit een vriend'lijk woord uit iemands monds er staat een bord bij hem; gevaarlijk, let op de hond.
er zal ongetwijfeld een meerder coupletten bij hebben gezeten maar daar staat me niets meer van bij. Wie kan me op weg helpen?
Dit is de Kettinghond van Bram de Zingende Metselaar. Hieronder de volledige tekst:
Twee meter ketting aan een paal in de grond Aan het eind van die ketting een gevaarlijke hond Hij ontving nooit geen liefde, werd nimmer verwend Maar waaks op ieder moment
Ik ben maar een kettinghond 'k lig aan een keten Ik heb een ruwe baas Slecht is mijn eten 'k Krijg nooit een vriendelijk woord uit iemands mond Er staat een bord bij mij 'Gevaarlijk, denk om de hond!'
Twee meter ketting maar de halsband is leeg Hij verlangde naar rust die hij eindelijk kreeg Bij die paal in de grond daar ligt nu in de grond Hij die kettinghond
'k Was maar een kettinghond 'k Lag aan een keten Mijn baas is mij allang vergeten
Maar eindelijk vond ik vrede en rust In die kille ja kille grond Er groeien geen bloemen slechts onkruid op mijn graf Ik was maar een kettinghond
hallo peter , hierbij doe ik jou toekomen de text van het mooie lied de kettinghond het origineel is van duo reek, k,hoop dat je er iets mee kunt !!! vriendelijke groet Hille de vries (lytse hille ,artiestennaam zoek maar eens op , op hyves of you tube)
Twee meter ketting aan een paal in de grond,
Aan 't eind van die ketting, een verwaarloosde hond.
Bedroefd staan zijn ogen, verwaarloost is zijn huid,
Maar bast bij ieder geluid.
Refrein:
Ik ben een kettinghond,'k lig aan een keten,
Ik heb een ruwe baas, slecht is mijn eten.
'k Hoor nooit een vriend'lijk woord uit iemands mond,
Er staat een bord bij mij, gevaarlijk denk om de hond.
Hij ontving nooit veel liefde, werd nimmer verwend,
Een hand die hem streelde, heeft hij ook nooit gekend.
Heel vaak zag hij spelende honden in 't land,
En zuchtte diep, 'k lag in de verkeerde mand.
Refrein
Een paal met een ketting, maar de halsband is leeg,
Hij verlangde naar rust die hij eindelijk kreeg.
Bij de paal waar hij stond, rust nu in de grond,
Hij, de kettinghond.
Refrein
'k Was maar een kettinghond, 'k lag aan een keten,
Mijn baas is mij allang vergeten.
Maar eindelijk vond ik vrede en rust,
In de kille, ja kille grond.
Er groeien geen bloemen maar onkruid op mijn graf,